Technicus
Johan Boon komt met een telefoon aansnellen, een reportageset is nog niet
voorhanden. Maar dat geeft niet. Het medium radio is snel, we kunnen er
in, heet dat in het jargon. In de studio bellen programma- makers Wilfred de
Jong en Wiebe Woudstra hun gasten af en
geven ons extra zendtijd. We staan met vijf man vlakbij de brandhaard.
|
Daar
is burgemeester Te Loo. Die vragen we om een eerste reactie. Meerdere
interviews worden geregeld, bijvoorbeeld met de eigenaresse van een
reisbureau even verderop. Marco
noteert voor mij alles wat hij ziet en Kees, kuchend van de vele rook,
bekijkt voor ons de achterkant van de brand.
Professioneel
journalist Lars Kuipers, van de Leeuwarder Courant, heeft ons ook in de
gaten en tipt me door aan te
wijzen welke bobo’s belangrijk zijn. Hij citeert mij weer in zijn
artikel in de maandagkrant.
Zo
krijgen we alle feiten op een rijtje en mag ik de centrale verslaggeving
regelen.
Een politieman zorgt voor een broodje.
|
|
|
Tien
voor drie, de zon en de brand hebben één ding gemeen, voor mensen zijn ze magisch. De zon schijnt
boven de mensenmassa op de stille kant van de Nieuwestad. Het sein
'brand meester' wordt gegeven. Vijf uren spontane live-radio zitten er op.
Voor ons is een hele klus geklaard, de luisteraars zijn op de hoogte
gebracht. Voor de brandweer en de gedupeerden begint het nu pas.
Was het
voor de toeschouwer magisch, voor hen blijft het tragisch.
|
De nasleep
|
Een
week later verklaren twee bewoonsters van de bovenwoningen in het
programma van Wilfred de
Jong, dat ze 25.000 gulden van de verzekering terug krijgen, terwijl er
zeker voor drie maal zoveel aan inventaris aanwezig was. Onderverzekerd.
Die avond kijk ik mijn eigen verzekeringspolis nog maar eens na.
|
Wat ging er verloren? |
|
Bij
deze brand op 28 april 1990 worden de panden van de Wibra en
Kooistra's Kledinghuis totaal verwoest.
De ernaast gelegen winkel 'Brilmij' brandt
gedeeltelijk uit. Aan de andere zijde van de steeg blijft de
kledingzaak in het monumentale pand van Hotel Bellevue gespaard.
|
Dit verhaal
is eerder gepubliceerd in het Aquarius Programmablad, 1e
jaargang nr.2, 1990.
De foto’s op deze pagina’s zijn van
fotojournalist Siep van Lingen. |
|